De Raad voor het Landelijk Gebied vroeg tlu landschapsarchitecten eind 2007 om een verkennend onderzoek te doen naar de betekenis van Groen in de toen zogenoemde Prachtwijken, gericht op kinderen/jeugd en beweging. Daartoe hebben we onder meer een theoretisch model ontwikkeld dat we ‘toetsten’ op volwassenen en kinderen van onze pilotwijken. Daarmee kregen we snel inzicht in fysieke beperkingen en mogelijkheden in deze wijken, in relatie tot sociale doelstellingen.
De moderne, kosmopolitische mens leidt een mobiel bestaan. Buren zijn niet altijd je vrienden, collega’s komen overal vandaan. We zijn op zoek gegaan naar de snijpunten in het patroon van de moderne netwerkmens, waar hij/zij anderen tegenkomt, en hebben geprobeerd om deze snijpunten wat meer in de openbare ruimte te leggen. Hiervoor kijken we vooral naar de ontwikkeling van opgroeiende kinderen.
Schakeltheorie – Opgroeiende kinderen wagen zich steeds verder de wijk in. Kleuters spelen bij de voordeur of in het gezichtsveld van ouders. Kleine kinderen komen al zelfstandig naar buurtspeelgroen, hun actieradius is al wat groter. En zo verder. Om deze bewegingen op een natuurlijke manier invulling te kunnen geven, moet het hele scala van groene openbare ruimten, van voordeur tot wijkniveau, ‘geschakeld’ zijn. Verbindingen moeten veilig, prettig en logisch zijn. Ontbrekende schakels brengen een disconnectie in een proces waarin de mens zich op een natuurlijke
manier verhoudt tot zijn omgeving. Vanuit de schakeltheorie wordt gezocht naar oplossingen.